Afgelopen woensdag zat ik bij AZ en tijdens de warming-up viel mijn blik op Ruben van Bommel. Zijn zelfverzekerdheid was opvallend, vooral in vergelijking met vorig jaar. Ik dacht: hoe zou het zijn om geboren te worden met het besef dat er een bestemming voor je is? Toen Ruben vijf jaar oud was, wist hij waarschijnlijk niet beter dan dat hij goed kon voetballen. Maar tegen de tijd dat hij tien werd, begon hij ongetwijfeld te begrijpen wat het betekent om ‘Van Bommel’ te heten.
Dit roept de vraag op: ontwikkelen de hersenen zich anders bij mensen die van jongs af aan weten dat ze voorbestemd zijn voor iets groots? Neem bijvoorbeeld onze kroonprinses Amalia. Vanaf het moment dat ze zich bewust werd van haar rol in de wereld, wist ze dat ze koningin zou worden. Geen droomberoep als YouTuber of influencer voor haar, maar het leiderschap van een echt bestaand land. Hoe vreemd moet dat voelen?
Hetzelfde geldt voor kinderen die in rijkdom worden geboren. Vanaf het moment dat ze beseffen dat ze rijk zijn, vraag ik me af of hun hersenen anders gaan functioneren. Voelen ze zich daardoor machtiger? Denken ze dat alles mogelijk is, omdat de wereld aan hun voeten ligt? Het is een interessante gedachte.
Ik heb dat nooit meegemaakt. Geboren in een normaal gezin, met een middelbare schoollerares als moeder en een ingenieur als vader, kreeg ik een stel goede hersenen mee en een paar prima looks. Maar verder niets uitzonderlijks. En toch, zoals bij iedereen, draaide het ook voor mij om de keuzes die ik maakte. Keuzes in het leven, dat is waar het uiteindelijk om gaat. Wat als je leven al van tevoren bepaald lijkt? Of is het juist de vrijheid om te kiezen die het leven zo waardevol maakt?